De rechtbank in Lelystad heeft een 45-jarige schapenhouder in Espel en twee mannen uit Urk werkstraffen opgelegd. Op het bedrijf van de man in Espel waren schapen illegaal geslacht. Bovendien was zijn bedrijfsadministratie niet in orde.
De werkstraffen zijn 240 uur voor de schapenhouder en 120 uur voor de mannen uit Urk die de slachtingen uitvoerden. De schapenhouder kreeg verder een voorwaardelijke celstraf van twee maanden.
De straffen voor de schapenhouder zijn lager dan de eisen van het Openbaar Ministerie. Dat wilde ook een voorwaardelijke sluiting van het schapenbedrijf voor zes maanden.
De rechtbank oordeelde dat de mannen door het slachten van schapen en het in de handel brengen van het niet gekeurde lamsvlees, de voedselveiligheid in gevaar hebben gebracht. Bovendien hebben zij door het onbevoegd slachten onnodig leed bij die schapen teweeggebracht.