De overheid heeft onterecht de inmiddels gestopte schapenhouder Erich Rhöse heffingen voor het Diergezondheidsfonds opgelegd. Die heffing was op basis van de I&R, maar die deugt niet.
Erich Rhöse heeft met succes die DGF-heffingen aangevochten bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). Vandaag heeft het CBb bekendgemaakt dat Rhöse ten onrechte over 2017 en 2018 heffingen van € 364 en € 442 moest betalen.
De gepensioneerde Limburgse schapenhouder had in die jaren veel minder schapen dan in de I&R-databank op zijn naam stonden. Dat kwam doordat die I&R niet goed functioneerde. In 2015 had Rhöse 340 van zijn schapen afgemeld maar het I&R-systeem had die melding niet goed verwerkt waardoor de dieren op zijn naam bleven staan.
Al eerder had de politierechter in Roermond in een rechtszaak tussen Rhöse en het Rijk geconcludeerd dat de schapenhouder onterecht boetes voor foutmeldingen had gekregen. De rechter noemde destijds de I&R-regeling onbetrouwbaar.
Die uitspraak heeft nu ook gevolgen voor de onterecht aan Rhöse opgelegde DGF-heffingen. Hij had die heffingen nooit mogen krijgen, zo oordeelt het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Net als de politierechter van Roermond vindt het CBb dat een schapenhouder niet aansprakelijk kan worden gesteld voor een niet goed functionerende I&R.